black friday sale

Big christmas sale

Premium Access 35% OFF

Home Page
cover of Hans van de Bunte
Hans van de Bunte

Hans van de Bunte

Ondertussenin079Ondertussenin079

0 followers

00:00-36:46

Hans van de Bunte is directeur a.i van het Zoetermeerse Museum De Voorde. In navolging van het college trok de gemeenteraad in september 2023 de stekker uit het enige museum van Zoetermeer. Daarmee is het verhaal nog niet ten einde. Van de Bunte is drukdoende om de collectie van 5000 objecten elders onder te brengen. Van de Bunte is in het gesprek met René en Hans openhartig over de affaire. Over het huidige gemeentebestuur is de ervaren museumdirecteur niet mals. "Er zit weinig kennis."

Podcastmuseumzoetermeer

Audio hosting, extended storage and much more

AI Mastering

Transcription

This is a podcast episode featuring an interview with Hans van de Bunte, the interim director of Stichting Museum de Voorde. He discusses the challenges faced by the museum, including a reduction in funding by the local government. Hans shares his perspective on the importance of subsidies for cultural institutions and the need for long-term planning in programming. He also mentions the museum's struggle to engage the community and properly showcase its collection. Dit is een ondertussen in 1979. Een podcast van René van Vessel en Hans Ouwekerk. Versprekken met mensen op de route van de Southermeerse actualiteit. Een nieuwe gast zit bij ons aan tafel. Ze zijn er enorm blij mee. En dat is Hans van de Bunte. Dankjewel voor de uitdaging. Hij is nog steeds bij Stichting Museum de Voorde. Stichting Museum de Voorde, de directeur. En Hans was ooit hier bij de stichting als zwangerschapsvervanging. Ja, ik ben nog steeds interim directeur. Ik krijg alleen elke drie, vier maanden een andere opdracht. Ja, want Sabine Loes was de directeur van het zwangerschapsverlof. Sabine was de directeur die met zwangerschapsverlof ging in eind 2021. Binnen corona tijd. Toen kwam ik als interim directeur voor vier maanden op de winkel. Dat werd echter een tijd tot en met nu. Omdat van de ene tot de andere dag het weer omsloeg. Sabine gaf aan liever met de familie te blijven en nam afscheid van het museum. En ik heb toen een nieuwe procedure gestart voor een nieuw directeur. Inclusief een aantal leden van de raad van toezicht. En die was goed en wel op gang. En toen waren de verkiezingen in de gemeenraadsverkiezingen van 2022. In maart 2022. We hadden nog twee kandidaten over voor een nieuw directeur. Bij de Stichting Museum De Voorde. En toen kwam het coalitiebesluit naar buiten. Ik werd sympathiek genoeg gebeld door een medewerker van de dienst van de gemeente. Die aangaf, er komt morgen slecht nieuws. Want de coalitie heeft in de onderhandelingen besloten de subsidie naar nul toe te brengen van het museum. Hoe ontvang je zo'n bericht? Nou, ik heb als eerste natuurlijk... Kijk, als indremer zit je er heel zakelijk in. En ga je als eerste lopen denken, wat gaat er gebeuren met het personeel? Hoe komt dit bericht over bij personeel en bij vrijwilligers? En wat voor consequenties heeft het voor hen? Dus als eerste heb ik mijn raad van toezicht ingelicht. We hebben direct een raad van toezicht vergadering gepland. En we zijn bij het personeel gaan vragen. Maar klinkt het heel emotioneel? Dat is heel zakelijk. En dat denk ik dat het ook het beste is. Museum, ja, ik heb... Maar je bent geen agonie ofzo? Nee, ik ben niet zo emotioneel. Was het een, of het kwam misschien niet helemaal uit de boot vallen? Want we hadden toen eigenlijk al vrij snel kritiek op het museum. Toen, maar heel kort even de geschiedenis, help me er vooral bij. Het begon misschien al met de naam De Voorde, De Zoete Meerder. Maar wat is dat, De Voorde? Ik heb volgens mij het idee dat vanaf daarheen er nooit een connectie is geweest met De Zoete Meerder en het museum. Voorheen het Stadsmuseum en de Dorpsstraatplein bescheiden in het diem Museum. Onder de leiding van Joëtte van den Poek. Daar was volgens mij iets meer connectie mee dan met De Voorde. En de bezoekers aantallen vielen tegen. En er kwam, want tuurlijk is het waar, die coalitie zijn van weg met dat museum. Maar ze mopperden al een tijdje, klopt dat Hans? Ja, dat klopt. Ik heb met alle raadsleden, zowel de partijen die voor het museum als tegen het museum waren, gesproken. En meerdere hebben aangegeven het bood het niet. Het bood het al langer niet. En één partij gaf ook aan. Nu zijn we eindelijk met de meerderheid en nu gaan we er ook mee stoppen. Dus in de hoek van een aantal lokale partijen was het met name niet wenselijk om met het museum door te gaan. Ze zeiden dat het op aantallen lag, bezoekers aantallen. Goed, dat was in die tijd vooral de tijd bij alle musea in Nederland het geval. Dat is een beetje een nogreden geweest. Maar goed, je moet ergens een keuze maken. Uiteindelijk is het wel democratisch natuurlijk. Op het moment dat er gekozen is en de mensen stemmen voor een aantal partijen, die zorgen voor een nieuwe coalitie. En die hebben bepaalde keuzes te maken, dan is je daar ook voor. Dan kun je daar ook mee neerleggen. Dat hebben we niet zomaar gedaan. We zijn natuurlijk een bezwaarprocedure gestart. We hebben een aantal kaarten in de hand genomen. We hebben gekeken wat zijn de mogelijkheden om het te verlengen. Of om te kijken wat we kunnen doen voor zowel personeel als de collectie. Het gebouw waar we zaten. De naam van het museum waren voor mij vanaf het begin al niet relevant. Want ik had ze ook weinig met de naam museum te voelen. En ik denk dat een stedelijk museum in een dergelijke omgeving meer binding vindt in een naam waarin de stadsnaam verwerkt zit. Dus Zoetermeer is museum, Stedelijk Museum is Zoetermeer. Dat zijn namen waarin... Ja, Stadsmuseum, Zoetermeer. Dat hadden we natuurlijk ook. Ik zou dat niet zo snel weggegooid hebben, die naam. Nee, nee. Het was natuurlijk in de Dorpsstraat. In de Dorpsstraat, ja. Daar is eigenlijk het verval al begonnen. Ik denk ook dat de gemeente in die jaren te sturend operationeel bezig is geweest. En te bovenop zat. Ja, die zeiden we gaan maar daarheen. En het museum wilde graag naar neerviegende meter. En kregen eigenlijk dit als enige optie. Ja, ja. Ja, daar waren we nog wel uitbreidingsbanden in de besteed. Ik kan me herinneren. In de Dorpsstraat. Ja. Maar toen was het toch de voorkeur om naar het stadhuis te gaan. Maar even dat terughouden. Want je zegt, we zijn elkaar op procedure bevonden. En er is ook een petitie toen geweest. En ik moest er vorig jaar nog even aan denken. Ik weet niet hoeveel mensen daar toen hebben ondertekend. Maar er is vorig jaar... Ongeveer 2300 geloof ik. Ja, ja. Nou ja, als je dat dan afzet tegen bijvoorbeeld de petitie die er geweest is voor behaald van de afdeling van loskunde. Ja. Die vele duizenden van betekeningen. Heb je dan ook niet het gevoel van, op gegeven moment kan ik me voorstellen dat je dat gevoel krijgt. Het is van trekken aan een dood paard. Het leeft niet in Sint-Amoer. Sint-Amoer verdient geen museum ofzo. Nou, dat denk je wel eens in de dynamiek. En dat hoor je ook zeker bij personeel en vrijwilligers. Maar het ligt veel genuanceerder. Ik denk dat subsidies en overheden, die zijn er voor daar waar de minderheid het anders niet redt. Dat is democratie in mijn ogen. Dat je er voor de minderheid bent. En als museum ben je ook een minderheid. Niet iedereen houdt van musea. En de argumentatie die je in Nederland veel te vaak hoort, is als de meerderheid, of zo niet 100%, er niet naartoe gaat, dan hebben we het niet nodig. En ik denk dat dat een verkeerde uitgangspunt is. Ja, precies. Want subsidie is bedoeld om dat te ondersteunen wat misschien een beetje kwetsbaar is. Ja, omdat het zelf niet kan redden in de commerciële wereld. Of het niet hoeft te redden in de commerciële wereld. En daar heb je subsidies voor. En Nederland is te veel doorgeslagen in privatisering. En dan krijg je het effect. Als eerste, als je niet meer dan 90% van je bezoekers weet betrekken, van je inwoners weet betrekken, dan heb je geen... Dan ben je een flop. Dan ben je een flop. In de ogen van de politiek. En ja, als je geen flop had, dan had je überhaupt geen subsidie nodig. Dus juist succes-events hoeven geen subsidie te hebben, maar minder geslaagde effecten die wel een goede bijdrage leveren, daar heb je subsidies voor. Dus de hele logica begrijp ik niet goed. Je ziet het ook met publieke omroepen bijvoorbeeld. Die vroeger eigenlijk kijkcijfers aan ongespeelde of ongeschikte rol speelden. Er worden goed programma's opgeofferd als die niet een bepaald aantal kijkers trekken. Dat is een beetje vergelijkbaar met publieke omroepen. Namelijk ook, zoals jullie weten, vindt gesubsidieerd. Om die reden. Omdat je dan programma's maakt die misschien voor een klein percentage mensen aantrekkelijk zijn. Dat is met die muziek wel, zeg jij eigenlijk. Ja, en dat hoeft niet per definitie populistisch te zijn. Alhoewel het wel in de hoek zit van, als de massa er is, dan is het goed en dan gaan wij het steunen. Nee, de massa gaat vaak het zelf wel de boek ophouden. In het museum landt ook wel die trend van die blokbusters. Zeg je dat? Ja, blokbusters, dat kun je doen vanwege je subsidiënten en je fondsen die dan een mooi silhouetteje kunnen maken. Of het nou de betaler is of de minister. Daar zit toch iets van, ja, verleng de grote baas in. Maar dat hoort niet zo te zijn. Blokbusters zijn er met name om die groepen die nog niet met het museum kennis hebben gemaakt, om die kennis te gaan maken voor de eerste keer. Om een streep te trekken en dan nog eens een keer te gaan trekken. Maar dat is sowieso niet gelukt. En die zoete mening is nog niet bereikt. Blijkt uit het aantal, ook met zo'n petitie, maar überhaupt een wat lauwe reactie. Ja, in mijn ogen is dat niet een definitieve keuze. Wat had er dan kunnen worden misschien? Ik denk dat de programmering over vier jaar veel beter had kunnen zijn en ook had moeten zijn. Ik denk dat dat daarbij hoort. Dat je als zoete meer een beleidsperiode van vier jaar afspreekt en niet per jaar financieert. En dat is wat er gebeurt hier. Dat is nog altijd het geval. Ik ben er wel binnen alle culturele instellingen, met alle culturele instellingen zijn we daar ook mee bezig. En dat wordt nu ook veranderd. Want men zachtte wel, programmeren in het museum doe je over twee, drie jaren tijd. En als je maar financieren voor één jaar hebt, dan kun je niet zoveel. Dan kun je pas in januari weer je tentoonstellingen gaan plannen voor datzelfde jaar. Dat is een manco in een stad. Daarnaast krijg je direct ook in zoete meer dat de politiek direct op je zit. Heel dichtbij. Dat vond ik wel wennen in zoete meer. En die gaan dus, omdat je op een jaarbasis financier wordt, gaan ze dus ook heel snel operationeel denken. Gaan ze bedenken, wat wil ik voor een tentoonstelling hebben. En daar hoort de politiek verre van te blijven. Is het niet de grootste vergissing geweest achteraf, dat de collectie die er is, waar we het straks over gaan hebben, dat die eigenlijk een beetje, in plaats van dat die prominent zijn geëtaleerd, een beetje werden rechtsgestopt in het begin? Ja, ik vind dat ook een strategische blunder van het museum. Maar dat is een gezamenlijke blunder. Want in notulen uit 2019, in een bestuurlijk overleg met de toenmalige wethouder, daar werd letterlijk gezegd dat er geen interesse was in historische collecties over het streekhistorische collecties van zoete meer. En dat is eigenlijk 100% van de collectie. Precies. Dus daar werd door de wethouder gezegd, dat vind ik niet zo interessant. Enerzijds vind ik dat eigenlijk echt een fout van de wethouder, want die moet zich niet operationeel bemooien met de programmering. Maar het is net zo goed de fout van de directie van het museum, want die gaat dat direct moeten terugsturen. Van hier heb je het niet mee te maken. Hier gaan wij over en wij weten beter dan jij wat er voor interesse leeft in de maatschappij. Ja, maar ik denk dat toen Maarten zijn directieverhaal zag, dacht van, dit is de enige mogelijkheid om te gaan groeien. En we waren ook blij met alle aandacht die we zien, maar het was een politieke aandacht die er was. Dus die dynamiek en hoe heb je je relatie met je stakeholders en hoe organiseer je die? Daarvan heb ik wel gemerkt dat hij in Zoetermeer heel erg operationeel was toen ik kwam. En dat is lastig om in te werken, want waar is dan je raad van toezicht? En waar is dan een medewerker van de gemeente die een soort regiefunctie heeft en die beleidsmedewerker is en die beleid uitzet? Hoe ga je dat dan aan elkaar klopen als een wethouder en ook de commissieleden in de raad eigenlijk heel operationeel denken? Ja. En dat is wel iets wat ik in Zoetermeer... Is dat typisch Zoetermeer? Want jij komt in het hele land op allerlei plekken. Zit de politiek er altijd zo bovenop? Het is typisch Zoetermeer. Het is typisch Zoetermeer. Ik zie het in Zoetermeer ook bij het zwembad, bij een boom omhakken, waar vleermuizen in zitten, bij de druk over de A12. Het is allemaal heel operationeel uitvoerend. En dan word je ook heel kwetsbaar voor fouten. Die zijn heel zichtbaar, maar je bent niet strategisch bezig om langer te maken. Er is geen visie. Er is geen visie. En dat zie je, dat komt misschien door corona voor een gedeelte. Nederland is heel operationeel voor de mondkapjes. De ministers moesten zelf mondkapjes gaan kopen. Dat klopt. Zo voelde het. En dat operationele niveau is heel erg ingeslopen. Maar ik ben bang dat het in de middelgrote steden nog veel meer aanwezig is. Ook omdat ons kent ons hier werkt. Je kent de voorzitter van HGOS. Je komt ze tegen met dezelfde bakker. Het is een dorpsmentaliteit. Alhoewel de stad is van 125.000 inwoners. Heb je het gevoel dat je jezelf zichtbaar werd in Zoetermeer? Ja. Of het nou via het Streekblad was of via andere media. Maar het museum kon zich wel zichtbaar maken in Zoetermeer, maar niet naar buiten. En daar zie je ook wel, als je veel in landelijke musea hebt gewerkt zoals ik, dan zie je wel de beperkende factor van zo'n kleine wereld. Het is ook heel lastig om landelijke organisatie achter jouw zaak te krijgen. Ja. Hoe komt dat? Ik denk nog altijd een beetje toch die burgerlijke dorpsmentaliteit die niet verder komt dan de grenzen van Zoetermeer. En anderzijds de grote beleidswereld van het landelijke openbare systeem. Dat is misschien ook een beetje bijna de iranie of de tragiek van de hongerspaalfas die volgens mij met z'n voren juist de deuren van Zoetermeer wilde openzetten. Met een andere soort collectie, met een andere manier van aanbieden. En dat is eigenlijk als een soort boemerang teruggekomen. Ja, volstelen. Dus wanneer doen we het goed? Ja, precies. Ja, maar ik moet wel zeggen, daar zat wel echt een visie achter. Alleen wat ik wel me afvroeg toen ik het, ik ging natuurlijk teruglezen en terugkijken. Waar zit het nou in? En waar zit die afkersing tegen zo'n museumpje in? Het is allemaal niet zoveel, dus waarom ga je zoveel energie in daarin steken? En ik denk wel dat het te maken heeft dat er in 2018 een plan werd gepresenteerd wat heel dun was. En dat plan werd gepresenteerd samen met Bouwvast, met de wethouder en met het museum om een nieuw eland te creëren voor het museum. Dat zat allemaal best wel goed in elkaar. Maar wat er nooit is gekomen is een masterplan. En het idee was een masterplan waardig. En ik heb in Borneo een museum gebouwd in zes jaar tijd met 70 miljoen euro. En daar ging je door politieke dynamiek en daar ging je daarna door masterplansystemen met architecten met alles erop en eraan. En pas over drie jaar later begon je met de bouw. En je deed vijf jaar over de tentoonstellingen. En hier werd eigenlijk gezegd van dit is het masterplan. Er is een kleine miljoen euro, veel te weinig geld en het wordt morgen klaar. En dat flopte dus enorm. 600 vierkante meter kreeg het museum in een nieuw complex waar helemaal geen culturele instellingen zitten. Waar ook geen culturele dynamiek heerst. Met een nieuwe naam en die 600 vierkante meter. Daar kan geen internationale tentoonstelling staan. Wat heb je 1100 vierkante meter nodig weet ik vanuit mijn ervaring. Dus dat was al gedoemd. Is dat al haast, is dat amateurisch? Maar misschien ook een gebrek op kennis van jongens om te zo doen. Dat hoorde ik dat helemaal niet te doen. Nou het is niet amateurisch. Maar als je op dat moment werkt met mensen die gewend zijn om op 100, 200, 400 meter tentoonstellingen te maken. Dan zul je er wel een niveau naast moeten zetten. Als adviseurs of als begeleiders. Die wel die ervaring hebben. Die wel groot kunnen denken. En dan gelijk na zo'n wedstrijd kunnen zeggen. Ja maar dan komt er wel eerst een masterplan en dan is het over drie jaar klaar. En dan moet je denken aan twee tot vijf miljoen voor investeringen. En niet over een miljoen. En dan gaat de exploitatie ook even omhoog. En dan ga je ook naar een groep van mensen. Niet van zeven of vijf. Maar dan ga je naar een groep van elf of twaalf mensen. Minstens. Die het moeten organiseren. En ik zie het nu een klein beetje ook bij dat erfgoedcentrum. Waar weer metouders eigenlijk iets te vroeg zeggen wat ze willen. Ze gaan het al invullen? Ze gaan het al invullen. En als kwartiermaker krijg je daar heel veel last mee. En dan denk je. Ja maar wacht eens even. Dit gaat initieel op de fiets. En dan heb ik zien. Directeur. Zakendirecteur. Ik heb ze allemaal alweer langs gehoord. Want dat erfgoedcentrum. Dan is het niet meer dan een ton. En dat gaat natuurlijk nooit lukken. Voor het goede orde als dat erfgoedcentrum. Moet dat dan vervangen worden van miljoenen voorderen? Hoe moeten we dat zien? Wat voor rol krijgt dat? Nou dat is echt een vraag aan de wethouder. Of aan de kwartiermaker. Dewi. Want dat zou ik niet durven beantwoorden. Want zij doet het onderzoek. Zij doet de vragen. Bij de partijen. En ik ben daarin iemand die een museum aan het afsluiten is. En ik denk dat ze juist daar de vrijheid moet hebben om alles te doen wat ze zelf kunnen. Maar ik zou wel zeggen. Gezien de ervaringen van Zoetermeer met een aantal andere projecten. Pak het over meerdere jaren aan. En zorg dat er een redelijke... Maar niet hetzelfde fout als in het verleden. Niet hetzelfde fout als die vaak worden gemaakt. Maar goed. Het werd dus lente 2022. Museum gaat dicht. En ineens zat jij met al die spullen. Om het zo maar te zeggen. Nou niet jij. Maar je snapt wat ik bedoel. Ja. Nou ik wel. Want ik ben eigenaar. En ik ben als directeur bestuurder verantwoordelijk voor de hele collectie. Hoeveel objecten hebben we er al van gehoord? Onder de waarde van de vaartuizen natuurlijk. Ik denk dat in de coalitiebesprekingen de fout is gemaakt. Omdat in coalities worden keuzes gemaakt. En die worden politiek afgestemd. Maar er zitten geen ambtenaren bij. Dus er zit geen kennis aan tafel. Die zegt van ja maar wacht even. Hoe ga je dan daarmee om? En wat ga je dan daarmee doen? En ik denk dat het toen... De keuze is gemaakt om het museum geen subsidie meer te geven. Waarbij ze ervan uitgingen dat de collectie wel van de gemeente zou zijn. En dat is niet het geval. Die collectie is eigendom van de stichting. Maar is dat niet? Ja dat kan misschien wel. Maar dat komt op mij als ingangverzoetering als oliedom wel over. Dat je dat soort basiskennis dan met serieus aanslag doet. Op z'n minst reageren of niet. Dat je werkelijk denkt van... We sluiten de test. En hup. We gaan met de spullen doen wat wij willen. Dat is wel raar. Ja dat is ook raar. Maar ik vind het zelf wel dat het niet zo werkt. Tuurlijk het hele dossier. Oh ja. Dit verhaal hoorde ik ook niet voor de eerste keer wat Hans nu vertelt. Dat heeft hij ook in de commissievergadering ingegaan. En ook tijdens de afsluitende raadsvergadering. Waar iedereen verder naar zijn laptop of de krant zat te kijken. En totaal zoiets had van het zal wel. Ja toch. Ja. Ja nog altijd. Het was de vervangende wethouder Marijke van der Meer. Die wel drie keer in een aantal maanden tijd tegen mij zei. Jij gaat in de collectie overdragen aan HGOS. Historisch persoonschap, oudersoort en meer. Ja historisch persoonschap, oudersoort en meer. En in hoeverre ik daarin mee kan gaan. Dat doet er niet eens zoveel voor. Ik heb een bepaalde procedure te volgen. Volgens de Nederlandse etische code. Wat je met zo'n collectie mag en wat je niet met zo'n collectie mag doen. Omdat men erin gaat afstoten. En daar is de gemeente uiteindelijk wel mee gegaan. En we werken nu met een project subsidie. Om de collectie te ontzamelen volgens de etische code van de musea in Nederland. En dat is dus een nieuw project wat ik op dit moment doe met een nieuw team van mensen. Vertel even, wat betekent dat concreet? Op 1 juni van dit jaar moet de collectie volledig opgeruimd zijn. Moet het depot leeg zijn. En moeten we nieuwe eigenaren hebben gevonden voor de collectie. En hoe vind je nieuwe eigenaren? Volgens het leidraad afstoten sociale objecten, de LAMO. Dat is in principe door goed te kijken wat is de waarde van die collectie. En waar kan die het beste opnieuw ondergebracht worden in een publiek context. Dus het gaat niet om verkopen. Het gaat niet om weggooien. Het gaat min of meer ook niet om opruimen. Het gaat erom dat voor al die schenkers die die objecten aan het museum hebben geschonken de afgelopen 30 jaar. Dat ze bij goede eigenaren een nieuw leven krijgen. En misschien nog een zelfs een beter leven. Dus waar moet je dan aan denken? Bijvoorbeeld er is een groot bord die bij het treinstation ligt van Zoetermeer. Zoetermeer erop. Een bord dat de NS gebruikte voor het station Zoetermeer. Dat zit in onze historische collectie. En dat zou dus een heel goede plek kunnen krijgen bij het Nationaal Spoorwerkmuseum. Want daar gebruikte de eigenaar of de voormalige schenker van die dat bord heeft zelf het initiatief genomen om Utrecht te bellen. Het Spoorwerkmuseum. De conservator daar te spreken. En die heeft inmiddels altijd laten weten wij zijn geïnteresseerd in dat bord. Zo'n bord kan dus een nieuw eigenaar ernaar krijgen. Die in het Spoorwerkmuseum waarvan je zeker weet dat het op de waarde blijft. Want daar gaat het bij museum natuurlijk wel om. En een alternatief zou kunnen zijn dat HGOS. Historisch financieel. Wij willen dat bord ook graag hebben. Daar kunnen we de tasentjes mee maken. Die kunnen we ophangen. Het heeft het woord Zoetermeer. Dus het is eigenlijk onvervreembaar voor Zoetermeer. Maar dan zit je in de complexiteit van. Bij het museum wordt het bewaard voor eeuwig. Op een goede manier. Professioneel. Bij vrijwilligersorganisaties als HGOS. Hoeveel passie er ook bij de mensen zit. En hoeveel kennis er ook zit. Met name over de verhalen van die objecten. Ja, hoe wordt het dan bewaard? Ja, waar word je de continuïteit van bij. De organisatie vergrijpt soms. Ze krijgen een ruzie en stoppen ermee. Of whatever. Nou ja, inderdaad. Dat zijn de dramatische. Maar het kan ook in de vredelijkheid. Het kan ook verkocht worden. Want dat mag dan. Een museum heeft als HGO dan niet spullen te verkopen. Een vrijwilligersorganisatie kan dat natuurlijk. Als het dak lekt. Ja, goed punt. En dan gaat het over. Zo'n woord van Soutenmeer. Maar er zitten ook olieverfschilderijen van honderd jaar oud in onze connectie. En die hebben een bepaalde waarde. En dan kan het opeens wel zo zijn. Dat een vereniging zegt. Nou, dat is niet dat schilderij. We hebben er nog eentje. Maar wie besliet daar dan uiteindelijk over? Ben jij dan geliefd? Is dat de stichting? Uiteindelijk is het de stichting die besluit. Dus ik ben de gunner. Officieel. Ik gun straks alle objecten aan een nieuw eigenaar. En daar tekent mijn raad van toezicht voor. Dat is de officiële weg. Maar als ik dat dan zo hoor. En de afwegingen die dan telkens moeten worden gemaakt. En dat we weten dat er vijfduizend van die objecten in de depot liggen. Dan is het misschien nog een succes. Als dat voor 1 juli moet worden. Dat is klinkt werken. Maar we hebben een professioneel team. Met vier mensen. En ook nog tien vrijwilligers. Minstens tien vrijwilligers die nog altijd bij de stichting zijn betrokken. Voorheen in het museum. En nu met name in de depot. En we zijn natuurlijk dat depot zo veel mogelijk aan het doorzoeken. En aan het kijken wat ligt er allemaal. Wat is relevant. Er ligt bijvoorbeeld een dolk uit WO2. Met een hakenkaars erop. Die komt uit Soetermeer. Maar daarvan zegt de ethische code. Steekwapens mag je niet meer overdragen. Aan niet museale instellingen. Dus die dolk heeft geen financiële waarde. Die heeft een historische waarde die heel lokaal is. Die heeft ook geen landelijke historische waarde. Maar die kun je al heel moeilijk overdragen aan een historische vereniging. Omdat het om een steekwapen gaat. En dat valt ons aan de wapen uit. Er zijn dus een aantal objecten die ook heel complex in elkaar zitten. Qua eigenaarschap. Maar goed, als er dan geen enkel ander museum op zit te wachten. Of zegt van dat vind ik wel leuk. Wat gebeurt er dan mee? Nou dat is precies hoe we het moeten doen. We moeten dus zoveel mogelijk gaan zoeken naar de beste eigenaar. En als die beste eigenaar zegt van dat wil ik niet hebben. Dan gaan we naar de tweede op de lijst. En naar de derde op de lijst. Dus we zijn wel zoveel mogelijk op zoek naar musea, erfgoedinstellingen, archieven. Die zeggen van wij zijn geïnteresseerd in delen van die collectie. Zodat we ze mee kunnen nemen in het proces. Dus jullie willen zo tenminste er ook bij gaan optreden toch? Ja dat is het unieke Nederland ernieuw. Ik ben zelf wel heel erg onder de indruk van geraakt van de streekhistorische collectie. In een lokale context van Zoetermeer. En dat komt met name door mijn werk in Borneo. Maar ook bij het Open Museum. Ik begrijp veel beter nu dat zo'n streekhistorische collectie een veel relevantere waarnering krijgt. In een lokale context. En dat is ook het mooie van organisaties als HGOS. Het Historisch Genootschap en het Archief. Die bewaren die lokale verhalen. En als we die objecten bij die lokale context kunnen blijven plaatsen. Dan heb je een veel sterkere binding met je stad. En dan kun je dat voor die verhalen ook vertellen. En daar zit ook de reden voor mij. Dat je nooit als streekhistorisch museum geen historische opstelling moet willen. Die zul je dus altijd moeten hebben in je eigen stad of streek. Als je bestaat zegt ook al. Als je bestaat zegt. Daar komt de collectie uit voort. En daarnaast kun je met de hele Nederlandse kunst. Met andere objecten en onderwerpen kun je tentoonstellingen maken. En dat is je programmering. Maar de basis blijft een historische. Zeker ook voor een groeistad als Zoetermeer. Die nog te weinig binding heeft met zijn historie. Want veel mensen zijn hier naartoe gemigreerd. En die nemen hun identiteit van hun stad waar ze geboren zijn mee. Dus die noemen zichzelf Hagenese in Zoetermeer. Die blijven dus meer Hagenese dan dat ze Zoetermeer zijn. En juist voor die mensen moet je een historische collectie laten tonen. Zodat ze ook een besef van hun lokale woonomgeving kunnen hebben. Zeker omdat hun kinderen inmiddels wel Zoetermeerers zijn. Dus die komen door en helemaal goedkoper. Ja en die krijgen aan de ontbijttafel nog altijd vroeger in Hagen. In Den Haag mee. En die willen daar tegenover zeggen van vandaag in Zoetermeer. En dat begint ook bij een historische collectie. En dat begint bij een erfgoedinstelling of een museum. Wat ga je doen met de Zoetermeers? Of wat kunnen ze doen? Alle Zoetermeers om deel te nemen aan het project. Want we gaan ons samelen. Dat is de opdracht vanuit de gemeente. En we moeten van de collectie af. Maar we willen ook Zoetermeers een stem geven in het waarderen van die collecties. Dus in het eerste traject met name. Gaan we alle objecten herwaarderen. En gaan we aan Zoetermeers vragen. Wat vind je nou zelf van dat object? Hoe meer Zoetermeers daarin deelnemen. En hoe meer waardering we krijgen. En hoe meer lokale verhalen we aan die objecten kunnen koppelen. Hoe relevanter die collectie wordt voor Zoetermeer zelf. En ook hoe belangrijker het is voor organisaties als het historisch genootschap en het archief. Om over het vloedlicht te krijgen. Richting de politiek. Dit zijn belangrijke objecten. Deze moeten we proberen te behouden in Zoetermeer. En wat moeten we daar nu voor doen? Om dat nog mogelijk te maken. Ik voel een opmaat naar een stadsmuseum. Dit zou een stadsmuseum kunnen zijn. Dit zou een erfgoedhuis kunnen zijn. De namen zijn daarin niet zo belangrijk. Uiteindelijk gaat het museumstaat vanwege zijn collectie. En de kennis ook vanwege zijn collectie. Ik bedoel dat we hiermee niet gaan omsamelen. Want dat betekent dat er uiteindelijk iedereen in zijn spiegel... Dat dat bord van dat station, het voorbeeld dat ze juist noemen... Dat wordt hier. En je zei net daarvoor zelf. En dat hoort niet bij een vrijwillige organisatie. Maar dat hoort bij een originele organisatie. Dus dat betekent dat we uiteindelijk... Straks met een heleboel stukbetuigingen... De maatregelen van hoe belangrijk bepaalde objecten zijn voor Zoetermeer. Dus dan gaan we naar een stadsmuseum toe. Ja, er is ook... We hebben al gesloten wat weer opnieuw geopend wordt. Natuurlijk. Ja, dat gaat er nog in. Het is dat het pand in het dorp staat die bevrijd is. Anders heb je maar een cirkel rond. Dat die daar weer in gaat trekken. Ik vraag of zo wat van de bloedlog beschikbaar is. Ja, maar wat mij betreft en voor de stichting... Wij moeten ontsamelen. De stichting kan ontsamelen. Dat betekent niet dat Zoetermeer die objecten weer een nieuw leven kan geven op een andere manier. En daarvoor zal het wel degelijk... Nu er een meerderheid in de politiek zijt die dat niet wil... Ligt het aan Zoetermeer of het gaat gebeuren. En dat doen we op basis van het Verdrag van Varo. Het Verdrag van Varo is een Europees verdrag dat gematificeerd wordt door Nederland in de komende maanden. En dat zegt eigenlijk dat we meer burgers willen betrekken met besluitvorming in de overheidspolitiek. En dat doen wij dus heel... Ja, dat met je voor de fanfare gaat wat vaker. Nou, met de fanfare wel niet. Snel bij. Ja, met de snel bij. En dat Verdrag van Varo, dat incorporeren we in de lame al. Dus we zijn er wel heel professioneel doorheen. Maar we geven eigenlijk de stad de tweede kans om die collectie nog altijd hier te laten bewaren. Want waar ik wel bang voor ben, is dat de collectie uit elkaar gaat vallen. Dus dat bord gaat naar het Oorweg museum. De schilderij gaat naar het Haagse gemeentemuseum. Een aantal objecten gaat terug naar vorige schenkers. En die moeten dan zelf weer bepalen wat ze ermee doen. En het is juist de samenhang van de collectie die de verhalen borgt voor de toekomst. Maar heb je niet het gevoel dat je de Roepen in het Museum bent? Want we hadden aan het begin van dit gesprek al geconstateerd dat er niet heel veel liefde is van de zoete meerders voor de collectie. Ja, ik heb in mijn hele leven niet graag de Roepen in het Museum geweest. Daar heb ik niet zoveel last van. Dat zijn juist de meest interessante projecten waar het erom gaat. Het doen te doen. En of je dan daar voldoende applaus voor krijgt, dat kan liggen aan hoe goed wij het werk doen. En daar doen we alles aan om het zo goed mogelijk te doen en zoveel mogelijk mensen te bereiken. Maar aan de andere kant geeft het de burger wel gewoon een keuze. Om te zeggen van, ja, laten we het ook maar weer gaan. Want er is niks mis mee. We hebben een prachtige hondekar van Bakkerij Pietersen. En hondekarren zijn toevallig heel weinig gezameld in Nederland. Dus het Openluchtmuseum, die zijn we geïnteresseerd in. En er is natuurlijk niets mis mee om te zeggen van, weet je wat, we geven die aan het Openluchtmuseum. Want dan weten we, ah, hij wordt groen bewaard. Hij wordt kopjesnel gerestaureerd. En misschien komt die ooit een keer in de tentoonstelling daar. En dan nemen we op de koop toe dat je als zoete meerder naar het Openluchtmuseum moet rijden om hem te kunnen zien. Maar je kunt ook zeggen, die hondekar vertegenwoordigt wel een stukje van de geschiedenis. Vast wat meer nationaal in de nationale collectie. Dus ook daar kun je je trots uit halen. Jij zou zoete meer adviseren als je toekomst gebruikt van stadsmuseums. Dat is helemaal niet zo'n gek idee. Juist ook niet om die roots, die historie zeg maar, te verankeren voor de generaties die nu wonen en later opgroeien. Ik denk voor alle groeisteden in Nederland, en dat is denk ik heel belangrijk. Juist nu, nu je zo groot bent geworden. En de eerste generatie, of de laatste generatie die nog in dat dorp geboren is. Die is aan het uitsterven, 60 jaar later. Dat je wel degelijk enerzijds die historische, streekhistorische collectie en verhalen moet kunnen borgen voor het nageslacht. Maar anderzijds ook moet durven groeien naar vernieuwing die aansluit bij de nieuwe inwoners van je stad. En als je in Leiden woont, of in Amsterdam, waar je zelf woont. Dan zie je die historie natuurlijk elke dag als je door de stad fietst. En niet alleen in gebouwen, maar ook in gebruiken en in objecten. Daar is het evident dat er een lokale historie is. In de wereld is dat veel moeilijker. Dan is het niet evident dat er een lokale historie is. Dan moet je bijvoorbeeld door de dorpsstraat lopen en dan, dat is heel klein hè. Dat is best voldoende, ook dan. Dus daar zit niet heel veel historie. Dus daar moet je zelf iets aan doen als stad. Wil je die identiteit van je stad over laten vloeien naar je bewoners toe. En dat dat samen aankomt. In wijken denken, ja, prijst dat ook. En dan krijg je banlieuws. En banlieuws die staan voor iets heel anders tegenwoordig dan voor een gemeenschapszin in de wijk. Of voor een gezellig museumje. Hans, zie jij het zitten in een stadsmuseum? Zeker. Zeker? Ja. Ik denk dat het heel belangrijk is. Zeker ook om de trainingen die Hans verjuisterd heeft. We gaan het zien. Officieel voor de zomer, rond de zomer. Wij hopen op 13 februari open te gaan met een kijkdeco op het Stadhuisplein. En daarin laten we zeker 95% van de hele collectie komt uitstaan. Met een mooie kijkdeco. Met een mooie verhaallijn erdoor. En met interactieve enquêtes waarin we de Zoetemeerder gaan bevragen over. Wat vind je van dit project? Het is misschien ook meteen een soort kaartmeester. Stel je voor dat het aan het storm loopt. Bij wijze van spreken vanaf half februari. Dan heb je toch wel in beeld van Zoetemeerder zit er regelijk hier op te wachten. Maar als er dan weer niemand komt. Dan ga je bijna denken, daar neem je allemaal dan maar mee. Ja, daar gaan we niet op bij. De vraag is of de minderheid moet verdwijnen als de meerderheid het niet prettig vindt. En dat is wel een vraag die heel veel Nederlanders beurzen. Ik wil het niet politiseren meer dan nodig is. Maar het gaat er denk ik met name om in Nederland. Dat we oog krijgen voor de minderheid. En dat we die minderheid ook een plek willen geven. En dat is de vraag. Het gaat er denk ik met name om in Nederland. Dat we oog krijgen voor de minderheid. En dat we die minderheid ook een plek willen geven in de samenleving. Mooie slotwoorden. Mooie slotwoorden. Van een mooi gesprek. Steeltje wel. En we gaan zeker kijken. Heel graag. Dankjewel. Dit was Ondertussen in 079. Een podcast van René van Geffen en Hans Ouwekerk. Graag tot de volgende keer.

Listen Next

Other Creators