opdracht UDL didactiek 3

The speaker discusses principles for physical education classes at different levels: class level and school level. They emphasize the importance of student choice in sports sessions based on their interests. The speaker also allows students to choose their partners and form teams in a way that promotes balance and motivation. Positive feedback, appropriate exercises, and suitable opponents are used to encourage perseverance. The speaker also highlights the importance of demonstrations and explanations during classes, as well as giving students the opportunity to teach their own sports lessons. The focus is on attendance and effort rather than performance. The speaker also mentions the importance of trying different types of sports and allowing students to take on different roles in class, such as being a referee. U deelt al principes voor de sportles op verschillende niveaus, klasniveau en schoolniveau. Principe 1, de waarom. Op schoolniveau denk ik dat wij dat als school al heel goed doen. Leerlingen kiezen zelf de sportsessies op basis van hun interesse, dus dat is al een hele goede zaak. Op klasniveau laat ik ze bijna altijd zelf hun partner kiezen. En ook bij de verdeling van ploegen voor wedstrijdvormen ga ik nooit individuele leerlingen uit een cluster van vrienden trekken. De cluster wel in twee spitsen, dat is soms wel een belangrijk punt om evenwichtige teams te hebben. En evenwichtige teams is ook motiverend natuurlijk. Maar nooit één iemand uit een vriendencluster gaat halen. Dat heeft ook positieve gevolgen, die vrienden moedigen elkaar eerder dan binnen het team. Dat zorgt ervoor dat ze echt wel kunnen doorzetten of meer naar het doorzetting gaan. En zelfs, ook al heel vaak te zien, dat ze de vrienden die eigenlijk bij de tegenstander spelen ook nog zitten aan te moedigen langs de kant. Als ze even op de bank zitten. Ik zelf geef heel veel positieve feedback tijdens de sportslessen. Dat zou ook het doorzetten moeten bevorderen. En gepaste oefeningen en gepaste tegenstanders. Dus oefeningen op hun niveau of net erboven. Oefeningen een beetje aanpassen waar nodig. Sommige sports zijn heel technisch en dan moet je constant een beetje bijsturen met aanpassingen. Ik denk aan spikeball bijvoorbeeld. Dat is voor principe 1 op klasniveau de laatste, maar op schoolniveau dus vooral het zelf kiezen van interesse. Voor principe 2, de wat op klasniveau. De uitleg die wordt altijd ook gedemonstreerd. Dus er is zowel mondelingen uitleg als demonstratie bij de sportslessen. Sportslessen lenen zich daar natuurlijk wel heel goed toe. Iets anders is leerlingen die de sport zelf spelen, uitoefenen. Ik bevraag dat altijd even. Zij worden opgetrokken bij de demonstraties. Wat kan ik nog meer doen? Ik zou nog meer leerlingen moeten kort bevragen na het geven van een uitleg. Bijvoorbeeld een uitleg over de spelregels of een oefening die ze moeten doen. Dus kort even checken of ze het begrepen hebben dat ze mondelingen het kunnen laten. Ofwel willen ze demonstreren ofwel mondelingen een antwoord geven. En dan principe 3, de hoef op schoolniveau. In het begin van het jaar vraag ik de leerlingen of ze zelf sportlessen willen geven. Maar ook doorheen het jaar mogen ze altijd afkomen naar mij om te zeggen als ze een sportles willen geven zelf, of een sport die ze zelf uitvoeren, om die in te plangen, dan mogen ze zelf doen. Ik ben er dan bij in de begeleidende rol, maar zij werken heel de les uit. Sowieso als het gaat over voortgang of punten voor school, sport, bij ons is dat vooral op aanwezigheid. Nooit echt op kwaliteit van uitvoeren, wel op inzet en een beetje iets uitvoeren naar je eigen niveau. Zo staat het ook in de leertoelen uiteindelijk. Sport buiten school telt ook mee voor voortgang. Dat wordt altijd individueel afgetoetst. Het is belangrijk dat ze verschillende soorten sporten een keer uitvoeren. Als zij een teamsport doen, privé, zullen we ze wel vragen om bijvoorbeeld coördinatiesporten zoals dans, of eerder cardio-sporten, hier en daar nog wat mee te doen. Dat is ook sport buiten school telt mee. En wat er ook gebeurt is in de lessen zelf, dat is dan meer op klasniveau, in dit geval op schoolniveau, op klasniveau, zorg ik soms dat ze verschillende rollen kunnen aangaan. Bijvoorbeeld de les die ik hier heb uitgeschreven voor deze opdracht was badminton, waarbij er ook de mogelijkheid is om als scheidsrechter aan de slag te gaan. Dus niet altijd als actief, maar soms ook in een andere rol of een andere functie. De mogelijkheid om te laten zien dat ze zich begrepen hebben.