Home Page
cover of Noel verslaafd maar door biddende moeder behoed voor erger en verlost met Gods hulp
Noel verslaafd maar door biddende moeder behoed voor erger en verlost met Gods hulp

Noel verslaafd maar door biddende moeder behoed voor erger en verlost met Gods hulp

Piets PodcastPiets Podcast

0 followers

00:00-46:58

Noël uit Holten vertelt over zijn gelovige jeugd maar omdat hij mee moest naar de kerk, ging hij zich ertegen af zetten. Het begon met softdrugs maar het werd stapsgewijs steeds erger met drank, drugs, cocaïne en allerlei criminaliteit. Door zijn biddende moeder mislukte zijn criminele acties keer op keer... uiteindelijk werd hij verlost van zijn boosheid, angst, drank en drugs en de criminaliteit. Door de grote schuld die werd betaald door Jezus, is zijn liefde voor Jezus ook erg groot...

Podcastgods hulpgods liefdewaargebeurdcocaine verslaafddrugs verslaafdhoe kom ik van mijn verslaving afPiet Laanverslaving overwinnencriminaliteit

Audio hosting, extended storage and much more

AI Mastering

Transcription

In this podcast series, Piet Laan interviews people who were once addicted but have been freed from their addiction with God's help. Today he speaks with Noël, who grew up in a religious household but rebelled against it and became addicted to drugs. He eventually turned to crime to support his addiction. Through his mother's prayers, his life took a different turn and he is now a witness of Jesus' love. Noël shares his story of rebellion, drug use, and involvement in criminal activities. The addiction escalated to the point where he needed drugs every day. He also became involved in dealing drugs and other illegal activities. Noël's mother noticed the change in behavior but didn't realize the extent of his addiction. Noël's story highlights the destructive path addiction can lead to and the power of God's intervention. Van harte welkom in de podcast-serie Hoe kom ik van mijn verslaving af? Mijn naam is Piet Laan en ik houd van echtheid, oprechtheid en waar gebeurden verhalen. In deze serie podcast laat ik diverse mensen aan het woord die ooit verslaafd waren, maar met gods hulp zijn verlost van hun verslaving. Ook laat ik hulpverleners en familie aan het woord. Het zijn geen alledaagse verhalen, maar het zijn verhalen met een belangrijke boodschap. Want gods hulp kan alleens krachtiger zijn dan je ooit had gedacht en besef ook dat het geen verhaaltjes zijn, maar dat het echte, waar gebeurde verhalen zijn, zoals ik zelf ook diverse ervaringen met gods hulp in mijn leven heb mogen ervaren. Vandaag spreek ik met Noël. Noël was gelovig opgevoed, maar omdat hij mee moest naar de kerk ging hij zich er tegen verzetten. Het ging van kwaad tot erger en Noël werd uiteindelijk verslaafd aan diverse drugs. En om deze drugs te bekostigen dreigde hij ook steeds dieper in de criminaliteit te belanden. Want door het aanhoudende gebed van zijn moeder liep het anders. En nu is Noël een getuige van Jezus' liefde. Dag Noël en hartelijk welkom op deze podcast. Dankjewel. Jullie beide verhalen gaan we opnemen en we beginnen met Noël. Ja. Noël, ik heb jou leren kennen een paar weken geleden en je hebt een verhaal dat gaat over drugs, criminaliteit en ook misschien wel een stukje roem. Ja, ik wil je beginnen te vragen, misschien kun je een stukje vertellen over in welke omgeving jij bent geboren en opgegroeid. Ik ben opgegroeid met een vader die uit Indonesië komt en heeft ook vanwege de oorlog moeten vluchten naar Nederland. En mijn moeder is Nederlands en ja, ze zijn beide uiteindelijk gelovig geworden. Waren ze eerst niet. Mijn moeder is wel katholiek opgevoed, maar mijn vader helemaal niet met het geloof. Ja, ze waren wel tot geloof gekomen. Ja, toen hebben ze uiteindelijk ook mij gekregen. Hoe lang is dat geleden? In 1994 ben ik op de aarde gekomen. Ja, moet ik even rekenen. Dat was 29 jaar geleden. Ja, en ik ben gelovig opgevoed, evangelisch ook. Mijn moeder zag ik ook vaker bidden, zocht dus de Bijbel lezen. Ik heb eigenlijk in mijn jeugd ook wonderen meegemaakt. Dat mijn vinger tussen de put kwam en die was echt potdicht en alles had verbreidseld moeten zijn. En dat mijn moeder in de auto ging bidden en dat ik gewoon een stroom van warmte vanaf mijn hoofd tot aan mijn tenen voelde met tintelingen en alles. En ik kwam bij de dokter en zei ja, het is alleen gekneusd. En ja, dat soort dingen. Dus ik heb wel echt een opvoeding gehad waarbij ik wonderen heb gezien. Waarbij ik in de kerk ook wel eens geraakt ben geraakt door de predikering. En echt wel veel in de opvoeding meegemaakt. Maar het werd verplicht, het moest. Je moet op de zondag naar de kerk want je bent nog onder de 18. Dit hoort bij de opvoeding en daar ging ik me tegen verzetten. Dus daar begon eigenlijk het punt dat ik dacht van, ik wil hier helemaal niks mee te maken hebben. Omdat ik moest. Maar hoe oud was je toen dan? Tegen de 14, 15. Dan begin je toch tegen je ouders af te zetten. En ook tegen de kerk. Heb je er geen zin meer in. En ja, stiekem gingen wij dan, we gingen op een gegeven moment over naar een andere gemeente. En dan gingen we gewoon niet. Want ja, mijn ouders die controleerden het niet op die manier. Of konden het niet controleren. Dus ja, dat waren wel grappige tijden. En vanaf dat moment begon het eigenlijk dat ik een beetje rebellisch werd. En op mijn 15e, 16e begon ik met roken. En uiteindelijk ook blowen. In mijn 15e werd het al geïntroduceerd. En vrienden van mij die rookten wel eens vaker. Dus ik ging meedoen. En ja, dat gebeurde op een gegeven moment elk weekend. En na die weekenden dan was de vrijdag ook wel in de middag. Dan was je vroeg vrij van school. Nou, nu kan het ook wel. De maandag was er nog wat wiet over. Dus dan dacht je, nou, dan moeten we toch nog even oproken met onze vrienden. En zo begon dat. En dat werd eigenlijk steeds erger. Ja, dat wietgebruik, dat liep uit de hand. Want op een gegeven moment waren we echt verslaafd. En hadden we het elke dag nodig. Dan was het gewoon 7 dagen in de week. Ook voordat ik naar school ging, draaide ik een joint op mijn lip. Fietste ik naar school toe, naar de middelbare. En rook ik er gewoon één. Terwijl, ja, op dat moment gaan er gewoon 50, 60 kinderen rond om je. Allemaal tegelijk naar school. In zo'n stoet, zeg maar. En het boeide me niet dat iedereen het rookt. En dat ik stoomd in de klas zat. Ik was ook bezig met rapmuziek. En interesseerde me daar heel erg in. En dan ging het echt om de oldschool rap. 2Pac, Biggie Smalls, andere rappers. En op een gegeven moment zit je in die mindset. Van gangster zijn. Wiet roken. En nog jeugdiger zijn, door elkaar. Hoe keek je moeder daar dan bijvoorbeeld naar? Ja, ik deed stieten. Dus mijn moeder die had dat niet door. Nee? Nee, ze merkte wel dat ons gedrag veranderde. Er waren meer ruzies thuis. We zetten ons af. Mijn moeder zei wel eens vaker van. Als jullie zo doorgaan, dan stuur ik jullie naar een internaat. Het ging echt zover dat het niet meer leefbaar was voor mijn ouders. Zover is het ook gegaan met mijn tweede broer. Die is letterlijk uit huis gezet. Op zijn 19e of 20e. Jullie deden het samen? Ja, beide waren we verslaafd eraan. En beide hadden jullie allebei van verzetten tegen de kerk. En alles wat verplicht was. En ook allebei rapmuziek. Rapmuziek inderdaad. En dat gaat stapje voor stapje. In het begin luister je rapmuziek en lieg je een keer. Of scheld je een keer. Vervolgens hoor je dat iemand wiet verkoopt. En dan denk je, daar zit volgens mij wel wat geld in. Toen ben ik gaan kijken, hoe kan ik goedkoper aan wiet komen. En dat hoor je dan. Daar kan je goedkoper wiet halen dan bij de shop. Kom je bij diegene thuis. Heeft diegene gewoon kilo's met wiet daar liggen. En die laat van alles zien. En zegt, als je wat wit wil. Hij had de camera voor zijn huis. Hij deelde echt enorme aantallen. Had die gewoon kilo's aan wiet. En dan begin je daarmee. En dan loopt het. En dan verdien je wat geld. En dat vind je interessant. Dus je ging zelf handelen? Ik ging zelf handelen ja. Ik zag mogelijkheden. Toen werd ik een beetje de dealer van school. Alleen wiet of ook zwaarder? Op een gegeven moment zag ik dat daar wel goed geld is. Maar kreeg ik ook via een vriend te horen. Die en die kan aan thesis komen. Van die Nokia mobieltjes waarbij ze dan omgebouwd zijn. Dat zijn gewoon thesis. Omgebouwde Nokia mobieltjes. Dus daar kon ik ook aan komen. En ik dacht, daar zit misschien ook wel geld in. En dat verkocht ik dan ook. Op een gegeven moment pakken we een Claire. Tot aan Stone Island. Ik handelde eigenlijk overal in. En dat vond ik mooi. Want het had een bepaalde status. Je had geld. Je kon daardoor je verslaving onderhouden. Want het is een dure hobby. Hoeveel kostte dat dan? 16, 17. En ik had zelfs een vriend. Die was zo verslaafd. Hij stilde altijd van zijn vader. En die had een kluis met geld thuis. En daar zat echt heel veel in. En dat pakte hij altijd uit. Want zijn vader werkte alleen maar. En dan kocht hij 5 gram in de ochtend. Dat ging van de ochtend tot de middag. 3 uur ging dat er doorheen. Echt 5 gram wiet met z'n tweeën. Hij hield het dan ook verborgen voor de rest. Want als iemand hoorde dat hij wiet had. Dan kwamen we er als hyenas op af. Omdat we allemaal verslaafd waren. Het is heel duur. Hoe groot was die groep dan? Het was een groep van ongeveer 10, 12 man. Met z'n meisjes erbij. Wat jongens. En er was onderling ook wel een beetje stoer doen. Macho gedrag. Wie het meest op kon ofzo. Ja ook. De gekste manieren van draaien. Ga je oefenen. Je draait tulpen. Je draait big sticks. Je draait van alles. Je doet de gekste dingen. Je neemt shotjes. En je doet shotjes marathonen. Bier drinken. Whisky drinken. Flessen kapot gooien. Containers in de fik steken. We waren eigenlijk wel een beetje qua jongens. Die al langzaam richting de criminele circuit gingen. Wat ik deelde. En op een gegeven moment kwam er iemand bij mij naar klasse. Die kwam uit Den Haag. Dat was een Haagnees uit Schilswijk. Die heeft mij geleerd hoe ik fietsen moest jatten. Die had lopers ervoor. En op een gegeven moment heeft hij me ook verteld. Hoe doe je inbraken. En hebben we ook echt een keer een poging gedaan. Wat was een loper eigenlijk? Een loper was destijds een sleutel. Waarbij je in 50% van alle access sleutels kon openen. Een bepaald type slot. Met je lopers ervoor. En dan open je je sleutel. Waar niet iedereen hier op leidde. Die access sleutel bestaat niet meer. Terwijl die lopers er waren. Dus daar waren ze wel achter gekomen op een gegeven moment. Dus ja toen uiteindelijk was ik daar gewoon zoveel mee bezig. En tegelijkertijd was ik ook heel diep aan het nadenken over illuminatie. Was ik daar aan het onderzoeken. Op een gegeven moment zag ik dat in elke stad een gebouw daarvan was. En was ik eigenlijk ook een beetje daardoor geobsedeerd. En dus ook angstig. Misschien even uitleggen voor de luisteraar wat illuminatie is. Ja illuminatie is een groep mensen. Die eigenlijk waarschijnlijk samenwerken met vrije mensen laars. En ten diepste eigenlijk aan satanisme doen. Ja dat gaat ze zeggen. En ik geloof dat zelf ook. Dat gaat zover dat ze ook offers doen. En rituelen die heksen ook doen. Ja het zijn de verlichten. Ja dat denken ze. Maar ja daar zat ik dus in. Dus ik had op een gegeven moment een stuk angst heb ik opgebouwd. Omdat mijn ouders vanuit het geloof zeiden van ja. Het gaat steeds slechter met de wereld en met de opname. Dus je leeft al in een geloofssfeer van angst en van dat soort dingen. Vervolgens zoek je op over de illuminatie. Vervolgens hou je je bezig met geld maken op slechte manieren. En ben je verslaafd aan de wiet. En je luistert constant rap muziek. En je gaat vechten op een gegeven moment. En je doet stoer. En je komt iemand tegen die ineens vertelt van. Hé ik doe aan inbraken en ik heb er al zoveel honderd gedaan. Ja toen ging ik daarin mee. Was het geen grote stap misschien van fietsen naar inbraken? Nee nee zeker niet. Want ik steelde al van mensen. Ik perste al mensen soms af. Met boksbeugels bedreigde je iemand. Of andere dingen gebeurden. En ja die stap is heel klein op een gegeven moment. En ik had het al vaker in mijn gedachten van. Waarom niet gewoon een huis leeg halen. Want ik kende mensen die dat deden. Ik ging met mensen om die wel die verhalen hadden. In de rapscene wordt het ook heel veel verheven zeg maar. Was het echt een bewust proces? Of ging het echt? Want het gaat stapsgewijs. Ja dat ging heel stapsgewijs. En ook dat je eigen moeder in je huis vertelt. Dat ze je niet meer terug herkent. En dat er russies zoveel thuis zijn. Dat jij niet snapt hoe hun denken. En je hebt je eigen gedrag niet meer door. En ruzie met mijn vader. Ruzie met mijn broers. Elke dag ruzie. Strijd thuis. En je loopt weg. En je wil niks met thuis te maken hebben. Dus je verwijdert steeds meer van juist gezonde mensen om je heen. In je omgeving. En je zit in je hoofd alleen maar te denken van. Ja eigenlijk. Ja maar roerde je niet zover? Minder. Minder. Ik ging harder ja. Ik ging verder. Klot. Zo was ik altijd al. Wat radicaler. Wat verder. Wat grotere mond. Wat sneller slaan. Dat soort dingetjes. Ja toen uiteindelijk ben ik via een vriend van mij een andere jongen tegengekomen. En die had heel veel ervaring in inbraken. En die ging dat ons leren. Want dat wilde ik. Toen zijn wij ongeveer bij vijf, zes, zeven misschien verschillende deuren en huizen geweest. Om in te breken. En elke deur die stond helemaal bol. Door de koeven die ertussen zat. En we zaten met z'n tweeën eraan te roppen. En ze gingen gewoon niet open. En dat heb ik eigenlijk zo vaak meegemaakt. Dat wij als twee vrienden zeiden van die gast. Die zit te lullen. Het is niet waar. Hadden jullie wel een goede koevoet mee dan? Ik denk het wel. Ik denk het wel. Want hij was. Via betrouwbare bronnen hebben we gehoord dat hij daadwerkelijk echt al honderden inbraken had gedaan. Hij was een koevoet specialist. Precies. En het lukte hem niet op dat moment. Omdat in die tijd besefte ik niet dat ik een binnende moeder had die bezig was met het voorkomen dat ik daar dieper in kwam. Maar op een gegeven moment lukte dat niet. Dan bedacht ik wel weer wat anders. Ik kwam mensen tegen. En die hadden dan connecties in de weed scene. Waarbij ze iemand kenden die meerdere shops had. Mag ik nog even terug naar die. Ja hoor. Die avond ging je zes, zeven huizen proberen. En geen enkele deur ging open. Ja meerdere avonden zelfs nog. We hadden echt bepaalde plekken gepland. En op een gegeven moment geloofde ik hem niet. Ze gingen open in deze schuur dan. En zelfs een fietsenstandings schuur ging niet eens open. Terwijl hij zei dat zijn de makkelijkere deuren. Ja dat is op zich wel heel bijzonder. Ja dat was het ook. En jij brengt dat in verband met het midden van je moeder. Ja dat komt omdat dat niet het enige was. Ik heb geprobeerd op een gegeven moment. Ik kwam in contact met mensen. En zoals ik net vertelde. Die kende een shop eigenaar. Die echt heel veel shops onder zich had. En elke dag zoveel kilo aan wiet nodig had. En vervolgens kwam ik ook nog in connectie. Met mensen die dat konden leveren. Dat is eigenlijk. Dat heb ik zo vaak geprobeerd te doen. En te lukken. En die connectie te maken. En het liep constant stuk. Of niet meer bereikbaar. Of diegene hield de boot af. Of in een keer kwam ik diegene niet meer tegen. Ik wilde coke gaan dealen. En ik had een jongen bij mij in de buurt. En ik wist dat hij daar bekend om stond. Dat hij de supplier was. Hij had het spul. En hij had zijn dealers onder zich. Dus ik zei tegen hem. Ik wil voor je dealen. Ik wil geld maken. Ik kwam hem bijna dagelijks tegen. Bij de plek waar ik werkte. Het was bij een snackbar. En hij kwam altijd. Of naar het winkelcentrum. Want hij woonde daar. En het winkelcentrum zat naast de snackbar. Of hij kwam naar mij toe. Om gewoon een flikadelletje patatje te halen. Of een praatje te maken. Even te roken samen. Op het moment dat ik nummers met hem had uitgewisseld. Ik kreeg zelfs een Nokia mobieltje van hem. Omdat die niet goed traceerbaar zijn. Met de telefoontjes die je krijgt. Toen is hij eigenlijk gewoon ineens verdwenen. Ik heb hem nooit meer gezien na de avond. En ik probeerde met alle man en macht hem te contacteren. Hij woonde twee straten van me af. Ik kende heel veel mensen die hem kenden. Ik probeerde via allerlei wegen om met hem in contact te komen. En hij was gewoon van de wereld. Verdwenen. Maar goed. Het inbreken lukte dus niet. En het dealen dat ging ook niet. Nee. Niet in kilo's wiet. Ook niet in cocaïne. Nou toen probeerde ik op een gegeven moment wapens. Ik dacht nou ja. Ik wil wel een wapen hebben. Ik wil een pistool hebben. En ik kende genoeg mensen die daar aan konden komen. Dus ik contacteerde. Weer vragen. En het lukte gewoon elke keer weer niet. Of niet. Het ging niet. Ik dacht bij mezelf. Ik ben toch niet dom. Ik heb wiet verkocht. En ook wel iets in grotere aantallen. Ik had theses verkocht. Ik wist wel een beetje hoe het werkte. Op allerlei manieren wist ik geld te maken. Dus in het kleinste ging het wel. Ja. Maar dat je de grotere stappen wilde maken. Ja. En dan ging het echt om duizenden euro's opgeven. En dan mislukte het. Ja. En op een dag had ik met wat vrienden een inbraak gepland. Want die werkten ergens. En die wisten dat er een kluis lag waar heel veel kapot geld in zat. En ik had die inbraak gepland. En een scooter geregeld van iemand. Inbraak spullen. Nou ja ik dacht ik ga het gewoon weer proberen. Maar nu met andere mensen. En we hadden in een bos afgesproken. Op een bepaald tijdstip. En ik ben daar. S'nachts. Op dat tijdstip. En ze komen maar niet. En ik denk wat is dit nou. En ik keek op de tijd. Ik heb tien minuten gewacht. Kwartier gewacht. Half uur gewacht. En ze kwamen niet op de tijd die afgesproken was. Dus na een half uur. In je eentje. S'nachts. Het pikken donker in het bos. Ja. Toen dacht ik. Weet je wat. Ik ga het gewoon maar alleen doen. En dan pak ik de buit voor mezelf. Nou ja dan kan het me niks schelen dat hun iets willen. Het is nu van mij. We hadden een tekening. We hadden vluchtroutes bekeken. Camera's bekeken. Want het hele plan hadden we kant en klaar. Je had er niet in nodig dacht je? Nee. Ik dacht daar kan ik wel alleen. En hoe ging dat? Nou ja. Toen reed ik er uiteindelijk heen. Twee dagen daarvoor. Of drie dagen daarvoor hadden we nog de vluchtroutes bekeken. Nagelopen. En alles perfect. Ja. In Cannen-Kruiken. En ik kon daar. En er was een wegopbreking. En die was zo groot. En zo enorm. En zo enorm dat er camera's waren. Lampen waren. Ik kon niet meer op de route daarheen hoe ik wilde. Dus ik dacht nou ik ga nog steeds doorzetten. En ik rijd om door stukken zand heen. Maar omdat je op een stoepje gaat. In het zand. En er weer af. Klingen. Het gereedschap klinkt in de tas die ik bij me had. Ja. En terwijl dat gebeurde hoor je klink klinken. En dan zie je iemand met helemaal zwart gekleed. Met een zwart scooter. Afgeplakte kenteken. Ja dat is gewoon overduidelijk. Als iemand langs loopt. Dan denkt ie. Die gaat dat niet gebruiken. In ieder geval niet met zoek. Nee. En er was dus ook iemand die zijn hond uit liet. En die zat mij constant aan te kijken. En op een gegeven moment zag ik hem bellen. En toen dacht ik bij mezelf. Nu moet ik wegwezen. Want dit kan niet. Ik ben al op de camera. Ik dacht ja het boeit me niet dat ik op de camera ben. Want ik had mijn piefvak al. Als een muts op zeg maar. Ja je hebt je kenteken al afgeplakt. Ik dacht dit moet gewoon gaan lukken. En toen hij ging bellen. Ben ik hem gepeerd. En toen ik mijn vrienden later de volgende dag heb gesproken. En ik was heel boos op ze natuurlijk. Vertelde zij dat ze dus aankwamen. Op een bepaalde kruising. En die was cruciaal. Dat was het meest gevaarlijke plek van oké. Hier moeten we oppassen. Dit is het plek waar de politie wel kan komen. En zij stonden daar. En ze wilden die inbraak ook doen. Want ze wisten niet dat ik in mijn eentje daarheen was gegaan. En ze stonden daar. En er kwam politie van het noorden, oosten, zuiden, westen. Het was dus echt een kruispunt waar alle wegen naartoe gingen. En overal politie. Zwaaiende lampen. Hadden jullie toch wel een belletje kunnen geven? Nee maar zij kwamen later. Dus zij kwamen zoveel minuten later. Dat die man die had gebeld. Ik ging weg. Hun kwamen eraan. En zagen ineens over politie. En zijn snel ook weggegaan. En toen besefte ik mij. Als ik had doorgezet, kon dat gebeurd zijn. Bij mij kon ik opgepakt zijn. Ik werk momenteel in de zorg. Had ik niet meer in de zorg kunnen werken waarschijnlijk. VOG kwijt. En was het gewoon anders geëindigd. En zodoende heb ik nog meer getuigenissen meegemaakt. Waarbij het gewoon eigenlijk in mijn ogen dacht ik. Dit kan niet waar zijn. Hoe kan het nou constant in de soep vallen. Ja. Tot ik tot geloof kwam. En ik was bij een seminar. En het ging over profiteren. En onze pastoor is ook een profeet. En hij profiteert over mij. Hij zegt, ik zie een zandkasteel Noël. En in het verleden heb jij je eigen koninkrijk geprobeerd te bouwen. Je zit hard te bouwen. Zandkastelen te maken. Koninkrijk creëren. En elke keer zie ik de golven van de zee komen. En ze spoelen jouw koninkrijk weg. En het was God die jouw koninkrijk heeft doen afbreken. Elke keer weer. En weer opbouwen. En weer opbouwen. En hij brak het af. En hij brak het af. En elke keer gebeurde dat. En toen hij dat zei. Toen wist ik precies waar hij het over had. En hij zei, God heeft voorkomen dat jij niet diep in de duisternis bent gegaan. En in criminaliteit. Want als God dat niet had voorkomen. Dan was je waarschijnlijk wel iemand geweest die een wat grotere speler was geweest. En die doorging. En dan was mijn toekomst anders gelopen dan hoe het nu is gelopen. Wauw. Ja. Bijzonder. Zeker. Dus die koninkrijken zowel in de elite. In de hardrugs. In het inbreken en in de wapens. Spoelde voortdurend weg. Ja. En ik wil niet zeggen dat ik een grote jongen was. Want dat was ik niet. Maar God heeft het gewoon voorkomen. Dat weet ik gewoon. Sommige mensen kunnen getuigen over dat ze daar echt zo diep waren. En ik kan getuigen dat God heeft voorkomen dat ik zo diep kwam. Ja. Ja. Ja. Ja. En ik wist dat het mijn moeder was die had gebeden. En ik wist dat het mijn broer was en andere mensen die ik kende. Want ze bleven voortdurend bidden. En het was een bovennatuurlijke manier waarop ik niet doorkwam. Het was heel frustrerend voor mij destijds. Maar later zag ik dat het echt bovennatuurlijk was. Want ik kende wel mensen die wel erin door zijn gegaan. En ook zwaar geslaagd zijn geraakt. Ik had vrienden die gingen snuiven tijdens verjaardagen. In de wc. En ik gebruikte ook nog wel hardrugs met een feestje. Maar toen wist ik ik moet hieruit. Als ik nu niet eruit ga dan kom ik er niet meer uit. Er waren altijd toch weer soort bovennatuurlijke alarmbellen. Die bij mij afgingen van nu moet ik eruit. Ik heb zelfs meegemaakt dat ik... Ik kon dus heel veel bied krijgen via een bepaalde connectie. En die deed zich gewoon voor bij een café. En die man die zei als je geld wil maken. Ik kan een kilo's bied komen. En dat zocht ik. Ik was al bezig daarmee. En ik dacht oh nu ben jij de volgende die dat voor mij kan regelen. En ik ben hem achterna gelopen die nacht. En gezegd dat ik dat wilde. Hij zegt nou weet je wat. Kom bij me thuis. En ik ben bij hem thuis gekomen. En hij heeft mij eigenlijk de hele scene. Hoe de criminaliteit in elkaar steekt. Als je een bepaalde keuze maakt wat er dan gebeurt. Wat de consequenties zijn. Hoe de criminele scene zich veranderde. Van vroeger schoten ze voor kilo's. En vervolgens steken ze en schieten ze tegenwoordig voor 5 euro. Of 10 euro. Of 50 euro. En dat deed hij. En dat doet hij wel nu. Ja. Want vroeger was dat nog niet zo. Niet zo ernstig als nu. En vooral nu in deze tijd is het nog erger. Maar toen destijds ook al. En hij waarschuwde mij daarvoor. En hij was de man geweest. Dat als er een deal kwam. Was hij de man die de shotgun op zijn schoot had. En als de deal fout ging. Dan moest hij schieten. En ik wist dat het een hele gevaarlijke man was. Want in dat café waar ik kwam. Waren meerdere mensen die geen liefdes waren. En die bevestigden dat. Hij heeft mij eigenlijk alles haarfijn uitgelegd. En gezegd. Als je deze keuze maakt kan je dit en dit verwachten. En ik had nog nooit iemand ontmoet. Die mij het zo duidelijk kon laten zien. En hij had er heel diep in gezeten. Hij zei ook ik heb het geluk gehad. Dat de deals nooit fout zijn gegaan. Want anders had ik iemand wel geschoten. Dan was hij de shotgun man die wel schoot zeg maar. Maar hij zei. Hij had het geluk dat met zijn deals het altijd goed ging. Maar zo diep zat hij erin. Dat hij wist van. Ik liquideer iemand binnen 1 seconde. Als het moet. Zo ver was hij. Je bent eigenlijk een bijzondere band ontsprongen. Door jouw biddende moeder. Jazeker. Zeker weten. Je zou haar ook wel dankbaar zijn. Ja. Heel dankbaar. Heel dankbaar. Ja. En je broers misschien ook wel. En andere mensen die voor je gebeden. Ja. Maar je kan dus ook zien dat gebed echt wel kracht heeft. Ja. Dat er ook iets gebeurt als mensen oprecht bidden. Ja. Gebed verzet bergen zoals Jezus zegt. En het is echt waar. Ja. Het verzet echt bergen. Gebed kan rijken op een plek waar wij het niet zelf bij kunnen. Ja. En dat is de kracht. Wij kunnen loslaten. Maar tegelijkertijd ook vertrouwen dat onze gebeden vasthouden. Ja. Ja. En dat is de kracht die mijn moeder had. Mijn moeder bleef zich vasthouden aan God. En bleef zich ook vasthouden in gebed over haar kinderen. En dat heeft mijn leven wel gered. Dat weet ik zeker. Want ik was op een gegeven moment zo ver dat als ik die pistool had, dan had ik hem vaak bij me. En ik ging steeds verder, zeg maar. Dus ik denk dat ik op een gegeven moment wel in een circuit was gekomen waar ik zelf ook ging schieten. En ik, ja. Als ik nu terugdenk, denk ik, ik had echt een steekje los. Ja. Grootheidswaanzin op een gegeven moment. Ja. Dat je echt denkt dat je wat bent. En dat niemand je wat kan doen. En dat als iemand wat wilte doen. Nou, kom maar op. Ja. Ja. En niemand. Nee, nee, nee. Je hebt ook destijds aangegeven van het ging in criminaliteit echt om geld en om aanzien. Ja. Ja, dat klopt. En het bijzondere hiervan is dat ik was eigenlijk in mijn kern zo onzeker. En ik was zo constant bezig met mijn onzekerheid. En me zelf positioneren. En wat zeg ik? En hoe zeg ik dingen? En hoe kijken mensen naar mij? En hoe reageren ze op mij? En vooral richting vrouwen was ik heel onzeker geworden ook. Dus ik dacht, ik moet gewoon aanzien creëren en gevaarlijk zijn. Dan ben ik wat. En dat was het dubbele, zeg maar, aan mij destijds. Dus ik was daar aan het verbloemen. Uiteindelijk ben ik gelukkig eruit gekomen. En heeft mijn broer me eruit getrokken. En ben ik voor een droom gegaan. Een MMA droom. Ik wilde topsporter worden. Trainde op een gegeven moment 10 tot 12 keer per week. Samen met mijn broer. Fulltime aan het werk. MMA is Mixed Martial Arts. Dus kooi gevecht eigenlijk. Dus daar gaat het best wel hard aan toe. Ja. Nou merci. Allee ja, het is op de mat. En je hebt respect voor elkaar. En je doet het op zo'n manier wat gewoon veel beter is dan wat ik net hiervoor beschreef, zeg maar. En toen ik dat eenmaal heb gedaan. Toen ben ik ook gestopt met de wit. Toen ben ik ook gestopt met harddrugs gebruiken. Bij feestjes. Ben ik überhaupt gestopt met naar al die feestjes gaan. Ik ben uit de vriendengroep gegaan en heb gezegd. Jongens, ik moet afscheid nemen. Want ik zie het fout gaan. En ik kan hier niet meer aan meedoen. En ze probeerden met alle man en mag me daar wel te houden. En te zeggen van ja, maar je kan toch dit en dat. Ik was heel radicaal en heb gewoon gezegd. Nee, ik wil niks meer mee te maken hebben. Toen ben ik in de vechtsport gegaan. En vanaf dat moment ben ik eigenlijk volop gaan vechten. En strijden om een toekomst op te bouwen. Op een normale manier. In de kooi. In de kooi. En noem het maar normaal. Het is nog steeds wel een abnormale manier. Maar ik had altijd wel visie. Groot. Dat ik dacht van God heeft wel iets groots voor mij. Toen merkte ik met trainingen van. Dit vind ik niet leuk. Ik ga met tegenzin naar de trainingen toe. En dat was maandenlang achter elkaar. Toen ben ik ermee gestopt. Toen ging ik naar school toe. Uiteindelijk heb ik een opleiding. Sociaal agrogisch werken gekozen. Vanaf dat moment ben ik op mezelf gaan wonen. Samen met mijn tweelingbroer. En op de ochtend werd ik wakker. En ik was met zoveel dingen tegelijk bezig. Met school. Met werk. Met dingen bouwen op Instagram. Ik was dingen aan het ondernemen. Ik wilde geld maken op een legale manier. Maar nog steeds rijk worden. Rijk worden was nog steeds iets wat ik heel graag wilde. Ondanks dat ik dat met de drugs had losgelaten. Herkenning misschien wel. Ja. Herkenning. Status. Ja. Toen uiteindelijk werd ik wakker op een ochtend. En toen zei ik tegen mijn tweelingbroer van. Ik wil weer naar de kerk. Zullen we daar heen gaan? En hij zei tegen mij. Ik had precies hetzelfde deze ochtend. En toen wisten we. Oké als we allebei dit gevoel hebben. Dan is dat wel speciaal. En dan gaan we. En we gingen er heen. En het leek wel alsof de predikant gewoon. Over mijn persoonlijk leven had geschreven. Alsof die op papier had gekregen. Wat ik had meegemaakt. En hoe ik mijn leven leidde. En hoe ik erin stond. En hij beschreef dat op zo'n manier. Dat ik dacht van. Heeft die nou echt stiekem mij in de gaten zitten houden. En predik deed dit alleen voor mij. Terwijl er honderden mensen in die zaal zaten. Ja. Bijzonder he? Heel bijzonder. En dat is de kracht van de Heilige Geest. Die kan het persoonlijk tot je hart spreken. Tot je geest. Want niemand kan. En toen uiteindelijk vroeg hij van. Wie wil zijn hart aan de Heer geven? Toen dacht ik ja. Dat wil ik. Ik wil iets anders. Want ik was tegen mezelf aangeropen. Niks lukte eigenlijk. Ik verdiende wel een beetje geld. Maar ik liep altijd weer tegen mijn eigen beperkingen aan. Ik liep altijd weer tegen een muur aan. Ik was toch altijd nog steeds onzeker. Ik kon altijd niet datgene weg poetsen. Wat ik eigenlijk overschreeuwde. En daar wist ik gewoon van. Dit is echt. Dit is het. En toen stak ik mijn hand op. En toen heb ik mijn hart gegeven. En op dat moment. Dat we het zondag gebed moesten uitspreken. Toen brak ik in tranen uit. Toen was ik zo hard aan het huilen. Dat ik wilde stoppen met huilen. Maar niet kon stoppen. Het was alsof God het verdriet en de pijn. En alle emoties uit me trok. En op dat moment dat hij dat zo uit me trok. Dacht ik in mijn hoofd. Ik vind dit niet. Ik zit hier te huilen. En ik lijk wel gek. En kijk al die mensen om me heen. Terwijl ik oncontrolling aan het huilen was. Het was oncontroleerbaar. En toch dacht ik in mijn hoofd met een stem. Ik wil stoppen. Ik wil stoppen. Mensen om me heen. Stop alsjeblieft. Kijk om je heen. Zoveel mensen zien jou. Doe normaal. Ik was toch die stoere jongen. Maar ik kon het niet houden. En op dat moment. Dat ik maar goed doorging. En maar doorging. En maar doorging met huilen. Wist ik gewoon. Dit is zo boven natuurlijk. Dat was echt een aanraking van God. De hele zaal liep leeg. Iedereen was al weg. En ik was nog steeds aan het huilen. En het stopte niet. En ik heb momenten in mijn leven gehad. Dat een dierbare overleed. En dat je op die begrafenis staat. En dat je hetzelfde denkt. Die huilen mensen zien je. En dan lukt het. Dus het meest intens pijnlijke ding. Wat ik ooit had meegemaakt. Daarin was ik nog steeds in controle over mijn huilen. Maar op het moment dat je je hart aan God geeft. En je handje één keer opsteekt. Dan geef je eigenlijk de controle al weg. En God maakt er daar volop gebruik van. En ik ben dankbaar dat hij dat heeft gedaan. Want in die tijd ben ik een helingsproces aangegaan. Die zo diep was. En zo intens was. Dat vrienden om me heen zeiden van. Je bent echt veranderd. Er is echt iets gebeurd. Waren dat drugs vrienden? Nee. Ik was daar alweer uit. En toen was ik in het streven gekomen. En zo hard mogelijk werken. En zoveel mogelijk doen. En succesvol worden. En motivational speaking luisteren. En dat zijn allemaal goede dingen. Maar op eigen kracht komen we maar. Tot zover. En meestal komen we nog in een burn-out. Of een depressie. Of andere dingen. Maar als God daar is. Dan haalt hij dingen weg. Trekt hij dingen uit je. En verandert hij je zo. Dat het allemaal op een veel soepelere en fijnere manier gaat. En doet hij het werken in jou. Dat staat ook in de Bijbel. Hij doet het willen en het werken in jou. En dat is echt zo. Vanaf dat moment ben ik helemaal veranderd. Zonder dat ik het door had. En mijn vrienden zeiden. Wat is er met jou gebeurd? Ik ging een keer uit. En een jongen die sloeg me keihard in mijn gezicht. Met een platte hand. En op dat moment dat ik geslagen werd in mijn gezicht. Ik weet nog dat mijn gezicht draaide doordat hij zo hard sloeg. En ik draaide mijn gezicht weer terug. En het leek wel in slow motion te gaan. Want ik keek naar hem. Ik keek naar hem. En op dat moment zag ik een jongen. Ik zag niet de jongen voor me die mij sloeg. Maar ik zag de kleine jongen die geslagen werd door zijn vader. Die zag ik ineens. En Jezus liet mij ineens zien door zijn ogen heen. En op dat moment dat mijn gezicht weer terug draaide. En ik keek zo naar hem. Ben ik in gesprek gegaan. Waarvoor is dit nou nodig? En ik heb hem niet teruggeslagen. En mijn vriend stond naast me. En die was klaar om elk moment te gaan vechten. Want hij dacht iemand slaat Noël in zijn gezicht. En hij pikt dat niet. Zo zit je niet in elkaar. Maar ik was veranderd. Maar dat wist hij nog niet. Dus heb ik hem wel verteld. Maar in de praktijk had hij nog niet gezien dat het zo'n extreme verandering was. En op dat moment heb ik deze jonge man tegenover mij die in mijn gezicht stond. Een hug gegeven. Weggelopen. En ge zegt fijne avond. Geniet nog van deze avond. En ik kon gewoon vriendelijk en liefdevol blijven. En die vriend van mij die kijkt me aan. Hij dacht dit is Noël niet meer. En dat klopt. Dit was nieuw geboren. Ja precies. In de Bijbel staat hier een gehele nieuwe schepping. Ik was echt een nieuwe schepping geworden door hem. Ongelooflijk. Mooi. En die kleine jongen die geslagen was. Dat was jij natuurlijk niet. Want jij hebt een heel andere opvoeding gehad. Dat ging dus echt over de jongen die tegenover je stond. Ik kon niet eens boos over hem zijn. Het enige wat ik dacht was. Wat zielig dat jij door je vader bent geslagen. En dat jij dat nu bij mij moet doen op deze manier. Wat zielig. Dat is het enige wat ik dacht. Als je dat zegt dan denigreer je mij. Maar het was passie. En compassie voor Jezus. Dat was het echt. En het was zo boven natuurlijk. Ja. En als je nu terug kijkt. Hoe lang is het geleden dat je je hebt laten dopen? Zeven jaar. Want hoe lang na dat huilen heb je je laten dopen? Dat huilen bleef maar doorgaan. En dat duurde denk ik wel zes tot acht maanden. Ik ging naar boven. En ik nam tijd om alleen met God te zijn. En dan deed ik praise muziek op. Of wat dan ook. Aanbiddingsmuziek. En ik ging God aanbidden met mijn hele hart. En ik was aan het prediken tegenover God. En ik was aan het zingen. En ik was altijd ook weer heel hard aan het huilen. Op dezelfde manier als toen ik mijn hart gaf. Voor de eerste keer. Dus het was zo intens. En mijn moeder mocht dat altijd weer horen. Dat we toen weer de intimiteit aangingen met God. En dat was heel bijzonder. En de volgende dag vroeg ik aan God. Heer, u bent toch niet alleen een Heer van huilen en van heling. Maar ook van vruchten. Waarom zit ik nou constant te huilen? En is dit de manier waarop u met mij te werk gaat? Ik wil dit niet meer. Ik wil niet meer zo veel huilen. En toen zei God die sprak in een beeld. En hij liet mij teruggaan na een tijd. Dat ik door de stad heen liep. Ik zag een onbekend iemand. Die keek mij aan. En het was wel afwijzend. Een veroordelende manier van kijken. En op dat moment stak dat in mijn hart. Een wilkrug iemand. Een wilkrug iemand. Je loopt door de stad. Er kunnen wel 20 mensen je op die manier aankijken. En God beschreef ook. Dit ene moment gebeurt misschien wel een paar keer per dag. Of meer. En op dat moment komt er een steen in je hart. En je bouwt een muur op. En toen zei God tegen mij. Wat ik aan het doen ben. Is de muren van je hart weg aan het halen. En toen wist ik. Oké Heer. Het is nodig. Want ik had wat muren. En ik was die stoere jongen. En ik deed me anders voor. En ik kon niet meer zelf zijn. En ik was altijd angstig onder mensen. En ik moest mezelf bewijzen. En ik wilde het hart schreeuwen. En de meest haantjevorster zijn. En ik moest in de picture zijn. Elk contact moment. Waar ik ook was met iemand. Moest ik toch een bepaalde indruk achterlaten. Anders was ik niet goed genoeg. En dat was die aan het weg halen. Ja die zeiden dat je niet nodig was. Want ik hou wel van je. Precies. En het was de heilige geest. Die op een operatieve manier met me bezig ging. En ik zeg dat wel eens vaak tegenover mensen. Want ik heb dierbaren. Van mij, van dichtbij. Die hebben. Want heeft God gezegd van. Ik wil niks meer met God te maken hebben. En die is best wel erg. Hoe moet ik dat zeggen. In de shit gekomen. Aan de medicatie gegaan. En het is heel slecht met diegene gegaan. En ik heb wel eens het gevoel. Dat ik de dans bent ontsprongen. Om aan de medicatie te gaan. Psychologische hulp nodig te hebben. En al die andere aspecten. Omdat God mij daar. Aan het opereren was op zijn manier. En dat stel ik mensen wel eens vaker. Van. Ik kan leven zoals ik leef. Op een bepaalde manier. Omdat God mijn hoogste psycholoog is. Mijn grootste psycholoog. En hij kan dingen weghalen. Waar je die niet. Met gesprekken met een psycholoog kwijt kan. En al die huilsessies. Zijn eigenlijk. Stenen geweest. Die misschien op een andere manier. Kunnen worden denk je. Sommige stenen kunnen denk ik niet verwijderd worden. Dan alleen door God. Er zijn ook stenen die door psychologen. Weggehaald kunnen worden. Doordat je je mind daarop zet. Je wil iets. Maar ik geloof dat God op plekken komt. Waar geen mens kan komen. Hij creëert iets in ons. En hij maakt ons zo anders. Daarom staat er in het woord. Dat hij het willen en het werken doet. En als je nu terugkijkt. Je wilde heel graag gezien worden. En van alles en nog wat. Je eigen eerzochtje. Op heel veel manieren. Heb je dat nu nog steeds nodig? Of hoe sta je er nu in? Wat is er veranderd voor jou? Ik heb de intimiteit van de heilige. Nog steeds nodig om daar in te komen. Kan ik dat zo samenvatten. Zijn liefde verdrijft alle angst. Zeker weten. Die angst voor afwijzing. Voor wat andere mensen denken en vinden. En voelen. Of wat ze ook maar over jou kunnen uitstotten. Woorden en allerlei. Dat is dan niet nodig. Nee. Liefde is de grootste wapen die er is. Niet geloof. Niet andere dingen. Liefde. Want echt alles verdrijft jou. Dankjewel. Ja. Nou, heel mooi. En ja. Ik zit even te kijken of we een bruggetje kunnen maken naar Daphne. Het kan. Ik weet het. Ja, want Daphne. Jij hebt dit deels meegemaakt. Daphne is een vriendin. Een vriendin. Een vriendin. Ja, van Noël. Ja, wat heb jij hier van meegekregen? Nou, zijn ervaringen met drugs. In de primaire tijd heb ik eigenlijk helemaal niks van meegekregen. Want ik heb hem pas veel later leren kennen. Ja. Dat was na zijn bekering eigenlijk. Dus dat stukje herken ik ook totaal niet in hem. Ik ken hem eigenlijk alleen maar als een hele gevoelige man. Dus dat hele stoere, dat heb ik eigenlijk nooit meegemaakt met hem. Wel het hele radicale, dat zit er nog steeds wel in. En precies weten... Nu radicaal voor Jezus, toch? Ja, zeker. Maar dat is het. Ik hoor dan dingen terug in zijn verhaal dat ik denk van... Ah ja, dat heb je nu nog steeds wel. Maar puur in het Koninkrijk van God. Dus hij is daar echt heel vurig voor. En hij zet daar echt alles op in. Dus die andere dingen, ja, dat herken ik totaal niet. Het was de Heilige Geest die ervoor zorgde dat we echt geconnect werden. Dat ik eigenlijk... Ja, dat radicale wat ik inderdaad in het Rijk des Duisernis deed... Dat wilde ik toen voor het Koninkrijk doen. Dus ook als ik iemand zag en God legde iets op mijn hart, dan ging ik er gewoon helemaal voor. En dat merkte ik dan natuurlijk van... Oh, die betrekt me gelijk erbij. Ik kom hier niet onderuit. En dat was ook nodig, dat radicale stukje van... Hé, hoppakee, je hoort erbij. En je hebt gewoon nu even niks te zeggen. Het moet gewoon even gebeuren. Ik denk dat Daphne gewoon zegt van... Ik herken eigenlijk helemaal niks. Want we hebben stoere gedoe. Ik herken hem alleen maar als een liefdevol mens. Dan kan je gewoon spreken echt van een... Omgekeerd. Tot één keer komen. Ja, geweldige tijd. Ik vind het eigenlijk een scheppingswonder. Want er wordt een nieuw schepsel gecreëerd wanneer je laat dopen. En een wordt met de Heilige Geest. Dan zie je hier een geheel nieuwe schepping. En dat heb ik gezien in mijn eigen leven. Mooi. En ik heb eigenlijk nog wel één vraag, Noël. Denk je dat je dit proces had kunnen doorlopen zonder de Heilige Geest? Zonder het kennen van God? Zeker niet. Want ik moest er straks nog over denken. En ik heb het gevoel dat ik wel tegen een angststoornis aan zat. Ik was eigenlijk altijd angstig. Angstig in mijn onzekerheid. Angstig in contact met mensen. En mijn vader heeft daar ook last van gehad. Die heeft letterlijk mensen vrees gehad. En de moestaf. Professionelen heel veel hoor. Mijn broer heeft een angststoornis, paniekaanvalstoornis gehad. Heeft er nog steeds wel eens last van. En ik dealde daar destijds ook mee. En ik heb het zo soepel doorlopen. Ik ben er zo in een hele korte tijd, zo snel vanaf gekomen. Ik wist wie ik was. In Christus. Het was niet meer mijn eigen identiteit. Maar het was een goddelijke identiteit. Die God mij aan het openbaren was. En de grootste klap. Ik weet nog waar ik stond. Ik stond voor mijn huis. En God sprak tot mij. In mijn gedachten. En ik was met hem weer aan het praten. En hij tot mij. En ik stond voor mijn oude huis. Ik ben jouw vader. Niet jouw vader is jouw vader. Ik ben jouw vader. En Jezus zegt het ook. Hij zegt. Noem niemand je vader dan de vader. Noem niemand je leraar dan de heiliggeest. En noem niemand je rabbi of meester. Het is een diepe openbaring van zoonschap. En van weten wie je vader is. Om te kunnen ontvangen. Datgene wat je in bondage houdt. Waardoor je vast blijft zitten. En het is de waardelijke vaderlijke liefde. Die binnenkwam. En die angsten verdreef. Angst voor afwijzing. Angst voor zoveel dingen. Hoef je nergens meer onzeker over te zijn. Nee. Wie is dan tegen ons? Amen. En dat heeft Daphne ook wel gezien. Toen ik Daphne leerde kennen. Ik had bijna geen angsten. En als zij dan vertelde. Dat ze gereformeerd. Vrijgemaakt. Dat ze daar vandaan kwam. Ik schoonde niet om over profetie te praten. En genezing te praten. En al die andere dingen. Terwijl ik wel een beetje wist. Dat klopt niet. Het past niet helemaal. Niet met Daphnes wereld. Nee niet met Daphnes wereld. Maar de liefde. De manier van geloven. Je bent daar dan niet angstig over. En je deelt dat. Vol passie. En vol liefde. Zo heeft Daphne ook haar verhaal weer. En kwam zij ook weer. Uit een hele. Bijzondere achtergrond. Net als wat ik ook weer heb meegemaakt. Maar dan anders natuurlijk. En dan gaan we zo meteen. Nee aan de slag. Dank jullie wel allebei. Voor dit verhaal. En ik denk dat. Alle eer aan God denk ik ook. Zeker weten. En aan je moeder die voor je heeft gebeden. En je broer. En iedereen die dit. Het is wel een belangrijke les. Het is krachtig. Onmisbaar. En we zien niet altijd wat God doet. Halleluja. Dankjewel. Voor degenen die u serieus zoeken. En dankjewel. Ter voorvader. In Jezus naam. En mocht u hulp nodig hebben. Voor bevrijding of bij bevrijding. Ga dan op zoek. Naar Derk Prins. Ministries. U kunt het vinden via Google. Ook Stichting De Hoop is succesvol. Bij het loskomen van verslaving. En voor lichtere verslavingen. Zou ik u willen verwijzen. Naar yesweekend.nl En met lichte verslavingen. Bedoel ik dan. Bijvoorbeeld een game verslaving. Of een mobiele telefoon verslaving. Dankjewel vader. Voor alle dingen. Die u gaat doen. Voor degenen die u serieus gaan zoeken. Dankjewel voor de hulp. Die u geeft. Die niemand op deze wereld kan geven. Dankjewel voor bevrijding. Voor uw zegen. Voor genezing. Voor u is niets onmogelijk. Dankjewel vader. En dat bid ik u allemaal. In de naam van Jezus. Amen.

Listen Next

Other Creators